President Hamid Karzai heeft zondag tijdens een persconferentie gezegd dat de veiligheidssituatie in Afghanistan steeds slechter en slechter wordt.
Hij sprak deze woorden tijdens een persconferentie die hij gaf samen met zijn ambtsgenoot uit Letland, Valdis Zatlers, een uur nadat een toespraak van hem in een stadion was verstoord door schoten. Bij het incident vielen geen slachtoffers.
“De veiligheidssituatie is ernstig in de problemen geraakt. Dit betekent niet dat de mensen geen vooruitgang willen of dat de mensen de aanwezigheid van de internationale gemeenschap niet dulden. Het zijn de terroristen die ons aanvallen,” zei de president.
Hij riep opnieuw op tot onderhandelingen met de Taliban en beklaagde zich dat die geen leiders hebben die open staan voor een dialoog. “Zij hebben geen adres. Waar praten we mee?”, vroeg hij zich hardop af.
De toespraak in het stadion was ter nagedachtenis aan Ahmed Shah Masood, een Afghaanse krijgsheer van de Noordelijke Alliantie.
Massoud kwam zes jaar geleden, op 9 september 2001, twee dagen voor de aanslagen van 11 september in de VS, bij een zelfmoordaanslag om het leven kwam.
Hij was een beroemde verzetsstrijder tegen de Russische bezetting van Afghanistan in de periode van 1979 tot 1988.
In 1992 werd hij minister van Defensie onder president Rabbani. Na de val van de regering van Rabbani en de opkomst van de Taliban vanuit het zuiden werd hij de leider van het United Islamic Front for the Salvation of Afghanistan, die tegen de Taliban streed.
In 2002 werd Massoud door president Karzai uitgeroepen als een held van het vaderland.